Fietsverlichting helpt echt
30-05-2013
Het risico voor fietsers om bij duisternis slachtoffer te worden van een ongeval neemt met circa 17% af met een werkende voor- en achterverlichting. Dat blijkt uit een nieuwe studie van het Ministerie van IenM/DVS. Momenteel voert circa 38% van de fietsers nog geen verlichting in het donker. Om het risico van ontbrekende fietsverlichting te bepalen werden in de studie 'Verbetering van fietsverlichting-Verkenning van beleidsmogelijkheden' de ongevallencijfers van een aantal steden afgezet tegen het aantal fietsers dat in die steden zonder licht rijdt. Daaruit blijkt dat er een significant verband bestaat tussen het voeren van verlichting en de kans op de ongeval. Rekening houdend met het aandeel ouderen in een gemeente en de bevolkingsdichtheid neemt het aandeel letselongevallen met fietsers bij duisternis af met 0,17% bij één procent stijging van het gebruik van fietsverlichting. De cijfers hebben overigens alleen betrekking op betrekking op fiets-motorvoertuigongevallen en niet op fiets-fietsongevallen en enkelvoudige ongevallen. Ook een recente in Denemarken uitgevoerde studie geeft een duidelijke indicatie dat fietsverlichting helpt om fietsongevallen met motorvoertuigen te voorkomen. In de studie is een groep fietsers gevolgd die een jaar lang fietsverlichting voerde die ook overdag werkte. De fietsverlichting ging automatisch aan wanneer men de fiets gebruikte. Uit deze studie bleek dat de groep met fietsverlichting overdag, vooral tijdens de schemer, minder incidenten rapporteerde dan de controlegroep. Het aantal gerapporteerde ongevallen voor fietsers met verlichting overdag lag 33% lager, het aantal letselongevallen 41% lager. Fietsen in schemer en duisternis is sowieso risicovoller. Terwijl 10% van de fietskilometers in het donker worden afgelegd, vindt 20% van de ongevallen in het donker plaats. Toch lijken zowel fabrikanten als fietser weinig interesse op te brengen voor de kwaliteit van fietsverlichting, aldus het rapport. Daarom zouden consumenten beter geïnformeerd moeten worden zodat er vraag ontstaat naar kwalitatief betere verlichting. Ook meer aandacht is nodig voor het feit dat met name ouderen niet alleen fietsverlichting voeren om gezien te worden, maar ook om zelf te zien. |